Propagatienieuws – week 31 2024

PropagatienieuwsDeze week in Propagatienieuws:

Propagatienieuws wordt samengesteld door Tom Koeken (PC5D).

HF

Toen de huidige zonnecyclus in december 2019 begon, verwachtten experts dat hij niet sterker zou zijn dan de voorgaande zonnecyclus 24. De maandelijkse gemiddelden van de zonneflux en het zonnevlekkengetal voor de maand juli zijn nu officieel. Zowel de SFI als de SSN bereikten nieuwe hoogtes voor zonnecyclus 25 en de hoogste waarden in meer dan 22 jaar. Het gemiddelde van de zonneflux was 198,6 en dit is het hoogste sinds februari 2002 tijdens zonnecyclus 23 toen het 205,6 was. Het gemiddelde zonnevlekkengetal voor afgelopen maand was 196,5. Dit is de hoogste SSN-waarde sinds december 2001 toen het aantal 213,4 bedroeg. Zonnecyclus 25 heeft dus zonnecyclus 24 ingehaald.

We kunnen de komende maanden waarschijnlijk een verdere toename van het aantal zonnevlekken verwachten. Als we kijken naar eerdere cycli, kunnen we aannemen dat de zonneactiviteit nog twee tot drie jaar op een vergelijkbaar hoog niveau zal blijven. Afgelopen week hebben we een reeks M-klasse zonnevlammen gehad.

Op zondag 28 juli om 01.56 UTC was er een zonnevlam net onder de drempel van een X klasse.De M9.92 uitbarsting werd waargenomen in het actieve gebied AR 3766. Deze werd een dag later, op maandag, gevolgd door een X1.5 flare (29/0237 UTC van AR3766) en verschillende M flares. De gevolgen waren radio blackouts en turbulente tot stormachtige geomagnetica. De eerste van meerdere CME-uitbarstingen zou de aarde op 29 juli passeren. De zonnewindsnelheid nam toe van 330 kilometer per seconde tot ongeveer 450 kilometer per seconde, maar er werd slechts een korte periode van kleine G1 geomagnetische stormen waargenomen. De zonnewindstroom was snel, met meer dan 450 kilometer per seconde, maar het bevroren magnetische veld was overwegend naar het noorden gericht of neutraal. Het koppelde dus niet echt met het magnetische veld van de aarde en we eindigden met een Kp-index van slechts 5. De zonneflux overschreed opnieuw de 200-grens en lag zaterdag net onder de 250.  Hoewel sommige van de meest actieve zonnevlekkengebieden verdwijnen door de rotatie van de zon, komen er nieuwe actieve gebieden bij, wat betekent dat de zonneactiviteit de komende dagen boven de 200 zal blijven.

 

HF Propagatie vooruitzichten 

In de komende dagen verwacht NOAA een SFI van rond de 235-240. De omstandigheden zullen de komende week dus nauwelijks verslechteren. De geomagnetica zal dit weekend waarschijnlijk onrustig zijn met een Kp-index  die van zaterdag op zondag oploopt naar 6 en een G2 geomagnetische storm. Het uiteindelijke effect is afhankelijk van de mate waarin de momenteel talrijke inkomende CME’s de aarde schampen of volledig raken en met welke richting van het magneetveld dat gebeurt. De hoogste stabiel openden band blijft 15 meter, maar op ongestoorde dagen schuift de MUF al iets op richting 25 MHz. Openingen in de 12 en 10 meter banden worden langzaam weer waarschijnlijker. We zullen echter afscheid moeten nemen van de lange openingstijden van de 20 meter band, die in de tweede helft van de nacht al de eerste uitvallers laat zien. Sporadische E is nog steeds vooral aanwezig op 10, 6 en 4 meter, hoewel de frequentie afneemt.

VHF en EME

Tropo

Voor de komende dagen zorgen een lagedrukgebied bij IJsland en een gebied met hogere luchtdruk boven Duitsland voor aanvoer van lucht uit het zuidwesten. Op zondag kan het met name in de ochtend tropo opleveren langs het kanaal richting Normandië. Kansen op neerslag en daarmee op regenscatter zijn klein.

Sporadische-E

Sporadische-E is nog steeds de moeite waard om in de gaten te houden ook al worden de openingen minder frequent. Er is een zeer sterke zomerse straalstroom nabij IJsland met, segmenten boven 100kt, zal waarschijnlijk de Es-verdeling over Noordwest-Europa zal domineren en mogelijkheden kan bieden voor paden naar TF, OX en VE/W.

Aurora

Voor Aurora blijft het zaak om de actuele ontwikkelingen van de Kp-index goed te volgen, bijvoorbeeld op poollicht.be Let er wel op dat het magnetische veld Bz zuidelijk moet zijn voor een goede propagatie.

Meteoorscatter

Voor meteorscatter is augustus een goede maand vanwege de brede periode van de Delta Aquarïden die zullen overgaan in de Perseïden. Hoewel deze bui de afgelopen jaren zeer dynamisch is gebleken (vooral in de jaren 1990, door de periheliumpassage van hun moederkomeet, 109P/Swift-Tuttle in 1992, met een omlooptijd van ongeveer 130 jaar), was de meteorenactiviteit recentelijk meestal geconcentreerd rond de “normale” piek, met een ZHR rond 100 hr-1. Echter, de kruising van enkele dichte stromen heeft geleid tot verhoogde activiteit in verschillende jaren (zoals 2016 bijvoorbeeld of 2018 met filament kruising).
Op basis van recente IMO waarnemingen wordt de piek wordt verwacht op 12 augustus rond 13u-16u UTC met ZHR rond 100 hr-1. In afgelopen jaren werd ook na de hoofdpiek nog hoge activiteit waargenomen. Op 2021 aug 14 werd kort na 08u UTC een scherpe toename van ZHR (meer dan 100 boven het basisniveau) waargenomen. Dit was ongeveer 1,5 dag na het nodale maximum en ongeveer 0,7 dag na de mindere maxima in 2018 en 2020. Er is niets vergelijkbaars waargenomen tijdens de terugkeer in 2022.

EME

De declinatie van de maan begint vanaf vrijdag de 2e te dalen, dus de venstertijden van de maan en de hoogte van de maan zullen volgen. Met het apogeum op donderdag de 8e zullen de padverliezen het hoogst zijn van de maand. 144MHz hemelruis is laag tot de avond van zaterdag de 3e wanneer we de Maan en Zon dicht bij elkaar zien aan de hemel tot de maansondergang op zondag. Daarna is de hemelruis laag.


Over zonnefluxindex, zonnevlekkengetal en Kp-index

De zonnefluxindex (SFI) is een maat voor de ionisatiegraad van de ionosfeer. De SFI heeft een waardenbereik van 50 tot 300. Lage waarden signaleren doorgaans slechte of matige HF-condities en hoge juist goede (een hoge MUF). Tijdens de piek van een zonnevlekkencyclus meten we waarden van meer dan 200, met kortdurende uitschieters naar 300.

Het zonnevlekkengetal is een maat voor de activiteit van de zon. Ook nu geldt, hoe hoger de waarde, des te gunstiger voor de HF-propagatie (op hogere banden). De zonneactiviteit kan als volgt ingedeeld worden aan de hand van het zonnevlekkengetal: laag: 0-30, gematigd: 30-60, hoog: 60-90, zeer hoog: 90-120, intensief: > 120.

De Kp-index is een maat voor de magnetische fluctuaties in de ionosfeer. Lage waarden zijn gunstig voor de HF-propagatie. Vanaf een waarde van 2 beginnen HF-condities te degraderen. Boven de 5 is er sprake van ernstige verstoring en vanaf 7 kunnen zelfs radio-blackouts voorkomen, waarbij HF-communicatie volledig uitvalt. Bij hogere Kp-indexwaarden (vanaf ongeveer 3) neemt de kans op aurora overigens toe.

De beste HF-condities op de hogere banden zijn dus te verwachten bij een hoge zonnefluxindex, een hoog zonnevlekkengetal en een lage Kp-index.

Over maximaal bruikbare frequentie (MUF) en kritische frequentie

De maximaal bruikbare frequentie (MUF) is de frequentie waarbij de verwachting is dat radiosignalen nog zullen reflecteren tegen de ionosfeer. Voor paden korter dan 3000 km zal de MUF lager zijn omdat de opstralingshoek steiler is, waardoor radiosignalen makkelijker door de ionosfeer heen dringen.

De frequentie waarbij nog reflectie optreedt terwijl de opstralingshoek 90 graden is (verticaal), heet de kritische frequentie.

 

 


Tom PC5D stelt het propagatienieuws samen. Bij de samenstelling maakt hij onder andere gebruik van de voor Nederland relevante informatie uit de volgende bronnen: het wekelijkse RSGB Propagation News, DX Info Centre, HF-Referat DARC, Poollicht.be, Make More Miles on VHF, Met Office en NOAA. Propagatienieuws maakt ook deel uit van het radiojournaal van de Zuid-Limburgse zondagochtendronde. De audio-opname van deze ronde is terug te luisteren op a22.veron.nl